Stress en Bemer therapie
Voelt u zich al bij de geringste inspanning opgejaagd en overbelast? Bent u ook niet vooruit te branden, uitgeblust of gewoon moe? Bent u vaak slecht gehumeurd of ontevreden over uw werk- of privésituatie? Vindt u het moeilijk om een tandje terug te schakelen? Dan ligt het voor de hand dat u zich in vicieuze stresscirkel bevindt. Maar u bent echt niet de enige. Uit recente enquêtes blijkt dat bijna zes op de tien Duitsers hun leven als stressvol ervaren.
Een te hoge werkdruk, een overvolle agenda, problemen thuis, financiële zorgen ‒ al deze factoren zorgen ervoor dat we voortdurend moe en uitgeput zijn. Ook het feit dat we door onze moderne communicatiemiddelen voortdurend bereikbaar zijn en er van verschillende media continu prikkels uitgaan, heeft een negatief effect. Een zesde van het ziekteverzuim wordt naar schatting veroorzaakt door stress of een te hoge werkdruk. Genoeg reden dus om ons eens nader bezig te houden met thema stress.
Zorg dat u op de hoogte bent
Over stress
Stress en stressoren
De Amerikaanse psycholoog Walter B. Cannon toonde in 1915 als eerste het bestaan van stresssymptomen aan ‒ hij noemde het toen nog “fight or flight”. Hij begon zijn onderzoek uit nieuwsgierigheid naar de achtergrond van de steeds vaker voorkomende posttraumatische stressstoornis onder soldaten die tijdens de Eerste Wereldoorlog aan het front gevochten hadden. De snelheid waarmee mens en dier zich in gevaarlijke situaties zowel lichamelijk als psychisch weten aan te passen, omschreef hij als “fight or flight”. Deze reactie zorgt in de hersenen voor een plotselinge productie van adrenaline. Hierdoor gaat het hart sneller kloppen en verloopt de ademhaling sneller zodat het lichaam meer energie produceert. Deze reservekrachten leveren de energie voor levensbedreigende situaties: vechten of vluchten (fight or flight). Alle interne en externe uitdagingen van het menselijk lichaam worden samen ook wel „stressoren” genoemd. Het lichaam moet zich aan deze factoren zien aan te passen. Dit proces wordt aangestuurd door het vegetatieve (autonome) zenuwstelsel zonder dat ons verstand of onze wil daarbij een rol speelt. Het wordt al snel duidelijker, wanneer we beseffen dat het lichaamseigen afweermechanisme tegen stress al miljoenen jaren oud is. Wanneer gevaar dreigt, mobiliseert het lichaam binnen enkele seconden energiereserves om de spieren onmiddellijk van energie te voorzien. Voor de eerste mensen was dit van levensbelang. Binnen enkele seconden moesten ze klaar zijn om op de vlucht te slaan of om een gevecht aan te gaan. Mensen die in de Steentijd een roofdier tegen het lijf liepen hadden de tijd niet om te beslissen of moeten vluchten of vechten. In dat geval zou het waarschijnlijk snel met hen afgelopen zijn. In stressvolle situaties die langer aanhouden produceert de bijnierschors extra hormonen (bijvoorbeeld cortisol) om de stofwisseling op peil te houden. Dit heeft te maken met het feit dat adrenaline weliswaar meteen werkt, maar slechts tijdelijk actief blijft. Langdurige stress kan leiden tot blijvende schade aan het lichaam. In het ergste geval stort iemand zelfs letterlijk in elkaar. Wanneer we niet handelen tijdens een stressvolle situatie of deze niet verlaten, kunnen stresshormonen niet afgebroken worden en blijft het lichaam gespannen.
Negatieve en positieve stress
De Oostenrijks-Canadese arts dr. Hans Selye (*1907, †1982) introduceerde het begrip “stress” in 1936. Hierdoor geldt hij eerder als grondlegger van wetenschappelijk onderzoek naar stress dan Walter B. Cannon. In de decennia daarna publiceerde hij meer dan 1.700 artikelen en 39 boeken over het thema stress. Veel moderne theorieën op het gebied van stress zijn op zijn werk gebaseerd. Zijn stresstheorie definieert zowel de biologische oorsprong van stress als de mechanismen waarmee het menselijk lichaam te kampen heeft. In zijn werk beschrijft Hans Selye drie fases voor stress: de shockfase, de weerstandfase en de uitputtingsfase. Hij kwam daarbij tot het inzicht, dat stress via het bloed en de hersenen zelfs van invloed is op de spieren, de stofwisseling en de hormonen. Selye maakte een onderscheid tussen negatieve stress (de zogenaamde disstress) en positieve stress (de zogenaamde eustress), factoren die tot op de dag van vandaag geldig zijn. “Dis” is een Grieks voorvoegsel dat “slecht” betekent. Disstress gaat gepaard met negatieve lichamelijke, mentale en psychische gevolgen als gevolg van externe, maar zeer zeker ook zelf opgelegde prestatie- en tijdsdruk. Ook “eu” is een Grieks voorvoegsel en betekent “goed”, “juist” of “eenvoudig”. Wanneer je je werk met plezier doet, kan stress zeker ook als positief ervaren worden. Indien de druk ongewenst is, wordt stress echter eerder negatief waargenomen. Of stress nu schadelijk is voor de gezondheid of juist bevorderend hangt normaal gesproken af van hoe we de stressfactoren zelf beoordelen. De voorbereiding op een huwelijk ervaren we bijvoorbeeld meestal als positieve stress, ook al komt hier behoorlijk wat druk en opwinding bij kijken. Hetzelfde geldt voor beoefenaars van extreme sporten die hun sport vol passie en enthousiasme uitvoeren. Een onaangename belasting scharen we onder negatieve stress. Deze heeft een negatief effect op zowel lichaam als geest. Of stress positief of negatief is voor het menselijk lichaam hangt dus af van het feit, of we bepaalde stressfactoren positief of eerder negatief beschouwen, of we de situatie aankunnen en ons veilig voelen en of we ons er vrijwillig bevinden of niet. Een bepaalde mate van stress verhoogt onze prestaties (bijvoorbeeld tijdens een examen). Langdurige stress beperkt echter het concentratievermogen, het vermogen de aandacht erbij te houden, het leervermogen en het geheugen. Langdurige stress kan fatale gevolgen hebben. De hormonen die bij stress geproduceerd worden komen dan te vaak vrij. Het lichaam raakt eraan gewend waarna het ene stress-symptoom na het andere de kop opsteekt. Op een bepaald punt is de grens dan eenvoudigweg bereikt. Stresshormonen als cortisol verzwakken de immuunrespons waardoor uitputting hetzelfde effect kan hebben als een depressie. Het kan bijzonder gevaarlijk zijn wanneer je je eigen grenzen niet kent. Er dient serieus rekening gehouden worden met de volgende symptomen.
Typische symptomen van stress
N.B.: Onderstaande symptomen kunnen weliswaar het gevolg zijn van aanhoudende stress, maar daarnaast ook een andere oorzaak hebben. Het is bovendien aan te bevelen bij deze symptomen een arts te raadplegen. Deze lijst met symptomen is geenszins uitputtend. Typische fysieke (lichamelijke) symptomen: – maag- en darmproblemen zoals diarree of obstipatie, – hart- en vaatziekten, – hoge bloeddruk, – hoofdpijn, migraine, – weinig eetlust, – hongergevoel, – chronische vermoeidheid, slaapstoornissen, – concentratieproblemen, black-outs en vergeetachtigheid, – immuunstoornissen, – allergiegevoeligheid, – vaak verkouden, – gespannen of stijve spieren, – seksuele problemen enz. Typische psychische symptomen: – nervositeit, – lusteloosheid, neerslachtigheid, – prikkelbaarheid, – depressieve buien, – concentratieproblemen, – vergeetachtigheid, – gespannenheid, – innerlijke onrust, – rusteloosheid, – duizelig gevoel, – gevoel van overbelasting, – risico op overmatige alcoholconsumptie, – risico op drugsgebruik enz.
Wat te doen bij negatieve stress?
Een medisch tovermiddel om stress tegen te gaan is helaas niet op de markt verkrijgbaar. Er bestaan echter meerdere cursussen, workshops en zelfhulpgroepen die mensen leren om met stress om te gaan. Maar we kunnen ook zelf een bijdrage leveren door stressvolle situaties zo veel mogelijk te vermijden. Wie stress actief bestrijdt zal er niet zo snel door overvallen worden. Een actieve bestrijding van stress houdt in dat je je concentreert op je eigenlijke doelen en de zaken die er niet toe doen, uit de weg ruimt. Het kan ook nuttig zijn om een dagprogramma op te stellen waarin alle activiteiten van die dag zijn opgenomen. Op het werk is het belangrijk om duidelijke prioriteiten te stellen en, indien mogelijk, om bepaalde taken aan collega’s over te laten. Onbelangrijke zaken dienen uitgesteld of helemaal niet uitgevoerd te worden. Een wandelingetje doet vaak al wonderen, of een vrije dag, een ontspannen weekend of een paar daagjes ertussenuit. Even nieuwe energie tanken en de waan van de dag ontvluchten. Ook fysische vasculaire therapie BEMER kan uitkomst bieden. Het is goed om in de thuissituatie samen op zoek te gaan naar mogelijke oorzaken voor stress en deze duidelijk te benoemen. Ook partners hebben maar al te vaak last van de stress van de ander en kunnen zich eveneens overvraagd voelen. Conclusie: Wat te doen bij stress is een vraag die, indien mogelijk, niet alleen beantwoord dient te worden. Wanneer stresssymptomen optreden die wijzen op een bepaalde ziekte, zoals hart- of vaatklachten of een hoge bloeddruk, is het raadzaam meteen een arts te raadplegen. Een reeks andere stressfactoren, zoals bijvoorbeeld slaapstoornissen, vatbaarheid voor infecties of de activering van lichamelijke en geestelijke reserves, kunnen met behulp van de eerder genoemde fysische vasculaire therapie BEMER met succes worden tegengaan. Dit kan zowel op eigen initiatief gebeuren als onder medische begeleiding.